0. Porphyre, de kassei
Er was eens een heel
lieve kassei, Porphyre was zijn naam. Lang geleden
werd hij gemaakt door de sterke handen van een man, en daar was hij heel fier
op. Spijtig genoeg was hij blijven liggen op een stapel slapende kasseien. Niet echt leuk natuurlijk… Porphyre vond
het maar saai en voelde zich wat droevig en voor niks goed. Hij
verlangde ernaar om de wereld te ontdekken, om vanalles
te leren, om vrienden te maken.
Hij wilde gaan
wandelen in het bos van Bois de Lessines.
Hij wist namelijk niets over het bos en zijn geheimen. Zo gezegd, zo gedaan en
hopla… op weg naar nieuwe avonturen.
1. Tigram, de tovenaar en de
feeën
Voor een kleine kassei
is het grote bos enorm imposant: al die grote bomen, al die geluiden… En plots,
frrttt… Er is net iets langs de oren van Porphyre gevlogen ! Het zijn
de feeën die tikkertje spelen met hun toverstokken en wild in het rond vliegen.
« Dag kleine Porphyre !
Wil je alstublieft met ons spelen ? Als beloning
zullen we je naar Tigram, de tovenaar brengen. »
Porphyre kan zijn ogen niet geloven. Tigram
is zo blauw als de hemel, met hier en daar wat wolken en met een penseel als
toverstaf. Wat een speciale tovenaar.
« Je bent een
echte curieuzeneus, kleine kassei, en je hebt nog
heel wat te ontdekken, » zegt Tigram.
« Ik zal je met mijn penseel aanraken en met mijn magie zal je heel wat
talenten kunnen vinden in jezelf. Elke keer als je een talent gevonden hebt,
zal een mooie kleur al het grijs doen verdwijnen. Ik beloof je dat je op het
einde van de reis de mooiste kassei van de hele wereld zal zijn ! »
Dat idee maakt Porphyre enthousiast.
Hij wil aan zijn reis beginnen! Opeens verschijnt er op zijn buik een witte vlek…
« Veel succes met je wandeling! Schrik
niet van al de verrassingen die ik voor jou heb gemaakt » zegt Tigram.
Onderweg ziet Porphyre Alain, een kind met heel veel speelgoed. Porphyre blijft een tijdje naast Alain zitten. Hij kijkt
hoe het kindje zich amuseert met zijn trein, zijn robot, zijn kleine beer. Dan
gaan de ogen van Porphyre open, zijn fantasie begint te werken. Al dat
speelgoed leeft! Hij praat wat met hen en ze antwoorden… wat is het leuk! Er
komt een blauw
puntje op het lichaam van Porphyre. Deze groeit en
groeit… tot een blauwe vlek. De kleine auto van Alain neemt hem verder het bos
in.
« Hier stap ik
uit, » zegt Porphyre,
« ik ga wel te voet verder. »
Terwijl Porphyre stapt luistert hij naar
de wind. De wind doet de bladeren van de bomen bewegen. Maar opeens ruikt hij
iets. Het stinkt! Porphyre doet zijn neus toe en ziet
naast hem een grote paddenstoel . Hij hoort een
zware stem:
« Ah nee, Padegnon !
Je moet stoppen met die stinkende protjes! Je hebt
echt geen respect voor het bos! Je
maakt de lucht zo vuil! »
Het zijn de grote
bomen die tegen Padegnon roepen. Die grote bomen
moeten elke dag de lucht gezond maken. Porphyre
vertelt dan aan Padegnon wat hij moet doen om niet
zoveel protjes te laten. Zo respecteert hij de
natuur, die we allemaal samen moeten delen. Padegnon belooft
dat hij vanaf vandaag zijn best zal doen. Terwijl Porphyre
wegstapt, ziet hij een mooie, groene
vlek op zijn buik.
Porphyre gaat verder met zijn wandeling. Hij droomt, hij denkt en
hij kijkt niet meer voor zich. Hij voelt iets plakken… Hij zit in een groot spinnenweb ! Op het web zijn belletjes die rinkelen. De
reuzespin Aspigne stapt
naar hem toe… Porphyre is heel bang !
« Wees niet bang,
ik ga je niet opeten, » zegt Aspigne, « maar als
je weg wilt uit mijn spinnenweb, moet je een liedje maken met mijn
muziekinstrumenten! »
Porphyre bekijkt de muzieknoten. Hij probeert te spelen met de
instrumenten. Het is moeilijk, maar na een beetje oefenen kan hij een muziekje spelen.
Porphyre is heel creatief
en dat vindt hij leuk !
« Proficiat ! Kijk, nu heb je een mooie gele vlek op
je rug ! » zegt Aspigne.
Porphyre maakt eerst een kleine wandeling op de rug van Aspigne en gaat dan verder op reis. Terwijl hij stapt zingt hij nog een keer het liedje dat hij heeft
gemaakt.
5. Steen, de reus en de kabouters
Een beetje verder
hoort Porphyre een gebrom. De grond trilt ! Porhpyre is een
beetje bang ! Een reus van steen kijkt naar
beneden… naar hem !
« Pas op ! » roepen een groep
kabouters en ze duwen hem weg. « De reus Steen wil dat je dag en nacht werkt ! Je moet dan grote stenen dragen. Als je niet luistert neemt hij zijn grote stok ! »
Porphyre praat met de kabouters en helpt wat stenen dragen. Dan
stopt hij en zegt hij aan de kabouters :
« Ik ga met Steen
praten. Ik denk dat hij droevig is en het leven een beetje saai vindt. Hij kan
niets anders doen dan roepen op jullie. Hij wil dat jullie bang zijn van hem. »
Porphyre stapt naar de reus en zegt : « Steen,
reus, … jij bent zo sterk… waarom help je de kleine kabouters niet? Het
werk gaat dan sneller en je kan dan allemaal samen
spelen en vrienden worden, jij en de kabouters ! »
De reus kijkt met
grote ogen, denkt een beetje na,… en plots neemt hij
een hele grote steen. Tien kabouters samen kunnen die steen niet dragen, zo
groot is het ! De reus weet nu dat praten ook
problemen kan goed maken. Zo worden Steen en de kabouters vrienden ! Porphyre
krijgt ook een zwarte vlek.
Rechts van de weg komt
Porphyre een familie kikpadjes tegen. Ze zijn heel
droevig. Hun ouders, Craker de pad en Kikpaude de kikker, hebben ruzie gemaakt en zijn niet meer
samen. De kikpadjes weten niet wat ze moeten doen !
Porphyre gaat op zoek naar Craker en Kikpaude en praat met hen. Hij ziet dat ze verliefd zijn en
dat het maar een kleine ruzie is. Craker loopt naar Kikpaude en geeft haar een zoen. De kikpadjes zijn opnieuw blij ! Porphyre weet nu hoe sterk liefde is en krijgt een roze
vlek op zijn neus.
Porphyre loopt verder en ziet in een boom een nest met eieren in
alle kleuren. Er is ook een speciaal ei en daar komt een draak-slang
uit. Uit de andere eieren komen kleine vogels.
De vogeltjes vliegen onmiddellijk
weg, maar de draak-slang kan zijn vleugels niet zo
goed gebruiken. Hij valt altijd op de grond ! Porphyre helpt hem en met veel geduld leert hij Slerpang vliegen. Opeens
vliegt Slerpang in de lucht! Dat vindt hij super leuk!
Op de voet van Porphyre is er nu een oranje
vlek.
Onderweg ziet Porphyre een meneer met een boog en
pijlen. Zijn naam is Flèche. Hij is een boogschutter.
Maar Flèche kan ook nog iets speciaal: hij kan
verhalen maken. Elke keer als hij een pijl schiet met zijn boog, maakt hij een
verhaal.
Maar nu is Flèche moe. De monster-ogen
willen zijn boog stuk maken ! De monster-ogen staan opeens achter Porphyre.
Ze zijn echt heel stout ! Ze gooien met vuur. Flèche valt op de grond. Maar Porphyre
geeft de moed niet op. Hij neemt de
boog met pijlen en schiet op alle monster-ogen ! Ze worden bang en vliegen weg. Porphyre
helpt Flèche om recht te staan.
« Whao, Porphyre, je bent zo sterk ! » zegt de
boogschutter, « Kijk, de rode vlek van de moed is nu op je hoofd ! »
Daarna stapt Porphyre naar de markt van Bois
de Lessines. Daar ziet hij Barbromme,
een oude lindeboom. Wat is die groot ! Porphyre voelt zich zo klein.
Plots komen er allemaal letters en cijfers rond Porphyre
springen. Ze maken een dansje rond hem. Barbromme
vraagt dan : « Kleine kassei, weet je welke naam ik heb gekregen van de
mensen van Bois de Lessines ? Weet je ook
hoe oud ik ben? » De
cijfers en de letters bewegen en gaan naast elkaar staan in een bepaalde orde.
Ze maken grote cijfers en woorden ! Porphyre denkt
eerst goed na en dan zegt hij:
« Vrede … Jij
bent de lindeboom van de vrede … jij bent geplant in 1792 !
Jij bent dus 217 jaar oud ! »
« Bravo Porphyre !
Je bent heel intelligent geworden. Ik
zie een bruine
vlek op je lichaam. Bruin, zoals de kleur van de aarde. Ga nu
verder naar daar. Je zal daar Nylvée zien, de vriendin van Tigram.
Zij is een artiest en zij maakt ook verhalen. In haar grote boek staan heel
leuke verhalen. Die verhalen hebben kinderen geschreven en er zijn ook leuke
tekeningen. »
« Hier ben je dan, Porphyre » zegt Nylveé.
« Je bent zo mooi met al die kleuren op je lichaam! Je hebt nu veel nieuwe
vrienden… wat een fantastisch avontuur! De kinderen zullen het leuk vinden als
ik aan hen je verhaal vertel. »
« Oh ja, dat zou
super zijn » zegt Porphyre, vol kleuren en vol vertrouwen. « De kinderen zijn
mijn vrienden en de toekomst ligt in hun handen ! »
Nylveé doet haar grote boek open en tekent een paarse
vlek op het lichaam van Porphyre. Porphyre
kijkt heel fier en springt dan in het boek. Het grote boek van de verhalen van Bois de Lessines. Nu weet Porphyre het zeker : hij zal nooit meer alleen zijn en
niemand zal hem ooit nog vergeten !